Afgelopen vrijdag heeft de Tweede Kamer het amendement Van Eijk / Vermeer aangenomen waarin staat dat de voorgestelde anti-fragmentatiemaatregel in de generieke renteaftrekbeperking toch niet wordt ingevoerd. Daarmee blijft het drempelbedrag van € 1 miljoen voor de vrije renteaftrek ook voor vastgoedvennootschappen in stand. Ter compensatie wordt het maximale renteaftrekpercentage niet verruimd naar 25% maar naar 24,5% van de fiscale EBITDA.
Voorgestelde anti-fragmentatiemaatregel wordt niet ingevoerd
Het Belastingplan 2025 bevatte een voorstel om het drempelbedrag van € 1 miljoen voor de toepassing van de zogenoemde earningsstrippingmaatregel te laten vervallen voor vastgoedvennootschappen. Hieronder zouden vennootschappen vallen waarvan minimaal 70% van de bezittingen voor ten minste 50% van het jaar bestaat uit aan derden verhuurd vastgoed.
Het doel van deze voorgestelde anti-fragmentatiemaatregel was om ‘opknipconstructies’ tegen te gaan: in de praktijk knippen vastgoedbeleggers hun vastgoedinvesteringen op over meerdere vennootschappen om zo meerdere keren gebruik te kunnen maken van het bedrag van € 1 miljoen aan vrije renteaftrek. Daarmee wordt voorkomen dat de renteaftrek wordt beperkt tot het momenteel geldende maximum van 20% van de fiscale EBITDA (voor de vastgoedsector kort gezegd: de netto huurinkomsten vóór afschrijvingen en rentelasten).
Om opknipgedrag te bestrijden, had het kabinet afgelopen Prinsjesdag een anti-fragmentatiemaatregel voorgesteld. Voor een nadere uitleg hiervan verwijzen we graag naar onze eerdere nieuwsbrief hierover. De maatregel zou ertoe leiden dat een grote groep vastgoedinvesteerders de aftrekruimte van € 1 miljoen niet meer zou kunnen toepassen en hun renteaftrek beperkt zouden zien worden tot de voorgestelde 25% van de fiscale EBITDA. Deze maatregel zou ook vastgoedinvesteerders raken die hun vastgoedbezit helemaal niet hebben ‘opgeknipt’ door het over verschillende BV’s te verdelen.
Doordat het amendement is aangenomen door de Tweede Kamer gaat de voorgestelde anti-fragmentatiemaatregel niet door. Dit is een flinke opsteker voor de fiscale positie van vastgoedinvesteerders. De fiscale renteaftrek op vastgoedfinancieringen wordt zo minder snel geraakt door de generieke renteaftrekbeperking. Voor vastgoedinvesteringen en -projecten met toch al krappe marges is fiscale renteaftrek van materieel belang.
Verhoging percentage renteaftrek in earningsstrippingmaatregel naar 24,5%
Het amendement wordt (financieel) gedekt door het begrenzen van de verhoging van het percentage van de generieke aftrekbeperking tot 24,5% van de fiscale EBITDA, in plaats van tot de eerder voorgestelde 25%.
Sinds 2019 zijn voor BV’s en NV’s rentelasten nog maar aftrekbaar tot 30% van de fiscale EBITDA. Nadien is die ruimte in stapjes nog eens beperkt tot 20%. Hoewel er in het Belastingplan 2025 aanvankelijk een verhoging van het percentage van 20% naar 25% was opgenomen, wordt deze verhoging middels het amendement bijgesteld naar 24,5%. Met de nu door de Tweede Kamer ingestelde verruiming kruipt Nederland weer een beetje dichter naar een earningsstrippingregeling die vergelijkbaar is met die in andere Europese landen.