De afgelopen periode is er weer veel aandacht geweest voor de positie van ZZP’ers en de onzekerheid die er heerst over het evenwicht tussen werken op basis van een overeenkomst van opdracht en het werken met een arbeidsovereenkomst. Voor zowel opdrachtgevers en opdrachtnemers blijft er vaak onzekerheid of ondanks het sluiten van de overeenkomst toch sprake kan zijn van een arbeidsovereenkomst inclusief de bijbehorende verplichtingen voor de loonheffingen. Maar niet alleen bij de opdrachtgevers en opdrachtnemers wordt geworsteld met de juiste kwalificatie van de arbeidsrelatie, ook de uitvoerende instanties zoals de Belastingdienst en de politiek worstelen hiermee. Vanwege nieuwe en veranderende vormen van arbeid en de diverse invalshoeken die hieraan ten grondslag liggen, blijkt het lastig om de gewenste duidelijkheid voor alle partijen in een nieuw wetgevingskader te realiseren. Het nieuwe kabinet heeft de ambitie uitgesproken om de arbeidsmarkt te hervormen, om op deze wijze onder meer schijnzelfstandigheid te bestrijden, en ook een gelijker speelveld te creëren op het gebied van arbeidsrecht, sociale zekerheid en belastingheffing.
Handhavingsmoratorium
Sinds de start van de zogenoemde DBA-wetgeving in 2016 is er al veel commotie geweest. Als gevolg hiervan is de handhaving op de kwalificatie van arbeidsrelaties al enkele jaren opgeschort. De handhaving beperkt zich als gevolg van het handhavingsmoratorium tot kwaadwillenden, als de Belastingdienst de onderstaande drie criteria kan bewijzen.
- er is sprake van een (fictieve) dienstbetrekking;
- er is sprake van evidente schijnzelfstandigheid;
- er is sprake van opzettelijke schijnzelfstandigheid.
Daarnaast kan de Belastingdienst sinds januari 2020 ook handhaven wanneer een aanwijzing niet of niet afdoende wordt opgevolgd.
De Belastingdienst houdt op dit moment risicogericht toezicht op de kwalificatie van de arbeidsrelatie voor de loonheffingen en richt zich daarbij op opdrachtgevers in diverse branches en sectoren.
Het is de ambitie van het kabinet om de handhaving door de Belastingdienst te versterken en het handhavingsmoratorium volledig op te heffen per 1 januari 2025, of indien mogelijk eerder. In het najaar van 2022 zal de Belastingdienst verder de wijze van uitvoering van het toezicht herijken en meer inzicht verschaffen in de vervolgstappen. Vooralsnog is onduidelijk op welk moment wetgeving is te voorzien.
Modelovereenkomsten
Voorlopig kan nog gewerkt worden met de goedgekeurde modelovereenkomsten die de Belastingdienst op haar website heeft gepubliceerd voor het werken met een opdrachtnemer buiten (fictieve) dienstbetrekking. Indien er werkelijk conform de goedgekeurde modelovereenkomst wordt gewerkt, biedt deze overeenkomst zekerheid over de kwalificatie van arbeidsrelatie. Veel modelovereenkomsten hadden een geldigheidsduur van 5 jaar, waardoor de goedkeuringstermijn inmiddels verlopen is of binnenkort gaat verlopen en het gebruik van zo’n overeenkomst geen zekerheid meer geeft. Indien de geldigheidsdatum verloopt nadat de overeenkomst is gesloten, dan geeft de overeenkomst nog wel zekerheid. De algemene modelovereenkomsten die op de website van de Belastingdienst zijn gepubliceerd zijn inmiddels allemaal weer opnieuw beoordeeld. Mocht u gebruik maken van een individuele modelovereenkomst, dan kunt u de Belastingdienst verzoeken de goedkeuring van deze modelovereenkomst te verlengen. Wel wijzen wij er op dat de modelovereenkomsten op de site van de Belastingdienst enkel vanuit het oogpunt van belastingheffing zijn opgesteld waarbij geen dan wel onvoldoende aandacht is voor andere juridische zaken welke normaliter tussen partijen worden afgesproken. Wij adviseren om zelf een overeenkomst (eventueel tezamen met de desbetreffende derde) op te stellen waarbij zowel de fiscale als de civielrechtelijke aspecten van het samenwerken worden geadresseerd en die te gebruiken én hiernaar te handelen.
Tot slot
De Belastingdienst zal in de komende periode het toezicht gaan intensiveren en kan daarbij aanwijzingen geven over de vormgeving bij de inhuur van derden. Het blijft daarom van belang om aandacht te hebben voor de afspraken die met ZZP’ers worden gemaakt.
De webmodule – die inzicht geeft in de criteria die van belang zijn om vast te stellen of sprake is van een dienstbetrekking – kan vrijblijvend gebruikt worden om een indicatie te krijgen van de arbeidsrelatie. Na de inhuur van een ZZP’er blijft het van belang om periodiek te monitoren of de werkzaamheden volgens de schriftelijke afspraken worden gewerkt én dit in de eigen administratie vast te leggen.
Wilt u advies over het werken met zelfstandigen? Wij helpen u graag verder.