Onlangs is een nieuw besluit van de Staatssecretaris van Financiën gepubliceerd met betrekking tot de earningsstrippingmaatregel. Dit is het eerste besluit over deze maatregel. Het besluit is gebaseerd op de eerste ervaringen van de Belastingdienst met de earningsstrippingmaatregel en treedt in werking per 29 november 2023.
In deze nieuwsbrief zullen wij kort ingaan op de werking van de earningsstrippingmaatregel en de relevante onderwerpen die in het besluit worden behandeld.
De earningsstrippingmaatregel
Per 1 januari 2019 is een nieuwe algemene beperking van de renteaftrek geïntroduceerd in de vennootschapsbelasting, de zogenaamde ‘earningsstriearppingmaatregel’.
Onder deze earningsstrippingmaatregel is de rente niet meer aftrekbaar indien het saldo van verschuldigde en ontvangen rente (zowel binnen de groep als met derden) meer bedraagt dan 20% van de gecorrigeerde winst (fiscale EBITDA) of EUR 1 miljoen indien dit meer is dan 20% van de fiscale EBITDA.
De eerste ervaring leert dat de toepassing van earningsstrippingmaatregel in de praktijk veel vragen oproept. Daarom is nu een besluit gepubliceerd waarin de relevante begrippen (rentebaten, geldlening en gecorrigeerde winst) nader worden toegelicht en praktische voorbeelden worden behandeld.
Besluit
De volgende onderwerpen worden in het besluit uitvoerig toegelicht:
- Nadere omschrijving van en toelichting op wettelijke begrippen.
– Saldo aan het renten; rentelasten en rentebaten. - Overeenkomst van geldlening of een daarmee vergelijkbare overeenkomst.
- Wettelijke uitbreiding rentebegrip; kosten en resultaten ter zake van geldleningen.
- Wettelijke uitbreiding rentebegrip; rentelast maar geen rentebate
– Boeterente
– Garantstellingsvergoeding - Bepaling van het saldo aan renten
– Goedkoopmansgebruik
Samenhangende waardering
IFRS 16 - Bepaling van de gecorrigeerde winst.
In het besluit worden daarnaast o.a. de volgende relevante toelichtingen gegeven op de definities van rente, geldlening en de gecorrigeerde winst.
Rente
- Het rente begrip is ruim geformuleerd en houdt een economische benadering in. Kortgezegd betekent dit dat de rente de vergoeding is voor het ter beschikking stellen van geld.
- Rente die verschuldigd is omdat bijvoorbeeld een geldsom niet tijdig wordt betaald (wettelijke rente) wordt tot de positieve rente gerekend en verkleint het saldo.
- Betaalde boeterente behoort tot het saldo aan renten maar ontvangen boeterente vergroot het rentesaldo voor de aftrekbeperking niet.
- Een bereidstellingsprovisie (vergoeding voor het beschikbaar houden van een (nog) uit te lenen bedrag) wordt niet aangemerkt als kosten respectievelijk rentebaten voor toepassing van de earningsstrippingmaatregel.
- Betaalde garantstellingsvergoedingen worden wel aangemerkt als rentebaten.
- Indien voor jaarverslaggevingsdoeleinden onder IFRS 16 een rentecomponent ter zake van een in de toekomst verschuldigde huursom/leasetermijn in het resultaat tot uitdrukking komt, is dit niet van invloed op het saldo aan renten.
Geldlening
- Ook een spaardeposito is een geldlening.
- Een belastingschuld valt niet onder het begrip geldlening waardoor belasting- en invorderingsrente niet toe het saldo aan rente behoren.
- Financiële lease en huurkoop zijn met geldlening vergelijkbare overeenkomsten. De vergoeding ter zake van een met geldlening vergelijkbare overeenkomst telt mee voor de aftrekbeperking.
Gecorrigeerde winst
- De in het jaar geactiveerde rente vergroot het saldo voor aftrekbare rente in dat jaar.
- Afschrijvingen en afwaarderingen ten laste van de winst behoren tot de gecorrigeerde winst. De afschrijving op bedrijfsmiddelen en de afschrijvingen ineens op immateriële activa kunnen dus invloed hebben op de gecorrigeerde winst en aftrekbare rente.
Het besluit geeft enige verduidelijking in de weerbarstige materie van de earningsstrippingmaatregel. Schroom niet om contact op te nemen met ondergetekenden in het geval u vragen heeft over de toepassing van de earningsstrippingmaatregel.