Het Europese Hof van Justitie (HvJ EU) heeft op 22 februari 2018 een uitspraak gedaan die grote gevolgen heeft voor het Nederlandse fiscale eenheidsregime (HvJ C-398/16 en C-399/16). Het HvJ EU heeft beslist dat deze regeling onder omstandigheden in strijd is met het EU-recht. Nederland moet volgens het HvJ EU de per-element benadering toepassen bij de fiscale eenheid. Dat houdt in dat voor elk voordeel dat de fiscale eenheid biedt afzonderlijk beoordeeld moet worden of het onthouden daarvan in een grensoverschrijdende situatie toegestaan is.
Het kabinet heeft op de uitspraak geanticipeerd door reeds op 25 oktober 2017 met terugwerkende kracht reparatiemaatregelen aan te kondigen. Deze maatregelen zullen nu worden uitgewerkt in een wetsvoorstel dat naar verwachting in het tweede kwartaal van 2018 aan de Tweede Kamer wordt aangeboden. De maatregelen worden na goedkeuring door de Tweede Kamer effectief met terugwerkende kracht ingevoerd tot 25 oktober 2017, 11:00 uur.
Inhoud reparatiewetgeving
De spoedreparatiemaatregelen houden in dat voor de toepassing van bepaalde fiscale regels er gedaan wordt alsof de vennootschappen die zijn opgenomen in de fiscale eenheid zelfstandig belastingplichtig zijn. Dit zal gelden voor de renteaftrekbeperking ter voorkoming van winstdrainage (art. 10a Wet Vpb 1969), de deelnemingsvrijstelling (art. 13, negende tot en met vijftiende lid, alsmede zeventiende lid Wet Vpb 1969), de renteaftrekbeperking bovenmatige deelnemingsrente (art. 13l Wet Vpb 1969), de verliesverrekening bij wijziging van het belang (art. 20a Wet Vpb 1969) en de afdrachtvermindering voor dooruitdelingen (art. 11 van de Wet op de dividendbelasting 1965).
Negatieve gevolgen voor de praktijk
In de praktijk heeft deze maatregel voor entiteiten binnen een fiscale eenheid Vpb een verhoging van de administratieve lasten tot gevolg, omdat bijvoorbeeld voor alle leningen binnen de fiscale eenheid beoordeeld moet worden of de rente aftrekbaar is. De maatregel kan tot gevolg hebben dat een hoger bedrag aan vennootschapsbelasting verschuldigd is. Wij adviseren u daarom de interne financiering opnieuw tegen het licht te houden.
Kansen voor de praktijk
De uitspraak van het HvJ EU biedt uiteraard ook kansen voor belastingplichtigen die nu geconfronteerd worden met bijvoorbeeld een beperking van de renteaftrek, omdat een in buitenland gevestigde vennootschap niet in een Nederlandse fiscale eenheid kan worden opgenomen. Op grond van dit arrest kan worden betoogd dat deze renteaftrekbeperking niet toegestaan is. Uiteraard brengen wij graag de mogelijkheden in kaart.
We houden u op de hoogte van het concept wetsvoorstel. Indien u vragen heeft, nodigen wij u van harte uit om contact met ons op te nemen.